Hoeckse zaterdag

En dan toch kijk je jaloers naar de mensen niet eens zo ver buiten het Hoeckse die vandaag rollebollen in de sneeuw. En samen er op uit trekken met de slee door de sneeuw om samen naar beneden te glijden om een lange tocht door het witte landschap maken. Terwijl je in sommige delen niet eens je kat of hond buiten kan laten lopen zonder dat deze wordt gescalpeerd. Het Hoeckse verandert daarmee in een ongewild wild west met slachtoffers ten over. En nu zijn het nog katten en honden straks worden het de wildplassers die met hun dronken hoofd staan te plassen en de volgende dag merken dat ze de avond ervoor besneden zijn. Welke geest zou dat nu weer op zijn geweten hebben zou het kunnen dat hij of zij dit niet bewust doen. Zou er sprake zijn van een wellusteling die in een verre staat is terwijl hij of zij toeslaat in het Hoeckse. Maar waarom zou je nu de haren van een hond of kat afknippen of scheren. Het is niet zo dat je daarmee een eigen gebreide trui of sjaal kan maken. Wat doe je ermee als niet bezitter van een viervoeter griezel in alleen al bij de gedachte van de haren die een viervoeter achterlaat. Je kent het welk als je op visite bent geweest bij je favoriete huisdier het kriebelende gevoel van de haren die tegen je broek op naar boven lijken te kruipen. Waarbij het ook altijd zo is dat de trouwe viervoeter altijd zijn weg naar je te vinden weet en zich steevast in je schoot nestelt. Wanneer je dan later weer naar huis gaat lijkt het net of je een broertje of zusje van de zojuist bezochte viervoeter bent. Maar in tegenstelling tot roken lijkt niemand dat bezwaarlijk te vinden in het Hoeckse waar gelukkig genoeg ruimte is in het weidse.