Hoeckse donderdag
En het Hoeckse is de twee deling eens te meer duidelijk het verzopen land aan de Beijerlandse zijde en het droog gevallen land aan de ander kant. En ondanks dat men er nog steeds vanuit gaat dat er geen Hoeckse twisten bestaan. Tussen de twee kanten van de rijksweg door het eiland bestaat een competitieve tweestrijd. Ontstaan in de eeuwen voor onze eeuw toen de kapper in Oud–Beijerland de hand aan de klant sloeg en het scheermes door zijn keel haalde. Normaal gesproken een één tweetje van de procureur generaal maar niets is wat het lijkt in het Beijerlandse. De kapper verdween tijdens het onderzoek de cel en maar mocht gauw erna weer aan het werk. Vanaf dat moment ontstond de strijd tussen de twee delen die het Hoeckse maken. De barbaren vanuit de een zijde en brave burgerij aan de andere zijde. Het Hoeckse van vandaag draagt nog steeds de littekens van deze twist. En vanmorgen werd daarom gegniffel om het feit dat het barbaarse gedeelte was getroffen door een natuurfenomeen. Wat eens te meer het gelijk omtrent de beeldvorming rond de barbaren leek te bevestigen in het Hoeckse. Waar nu eenmaal veel wordt gehecht aan de overlevering uit vroegere tijden. Toen het Hoeckse is ontstaan door het bedijken van de Binnenmaas waarna er steeds een stukje bij kwam. Geografisch gezien bestaat daarom geen twijfel over het oudste recht op het eiland. Dit aangezien het Beijerlandse zich aan de buitenranden van het Hoeckse bevind. Waardoor dit nieuwe land ook met enig recht de vrijstaat van het Hoeckse kan worden genoemd. Alles wat niet deugde werd vroeger immers altijd naar de rand van de nederzetting verwezen. Omdat er daar de minste schade kon worden toegebracht voor de bestaande gemeenschap. Maar door de eeuwen heen probeerde de barbaren zich te profileren als de elite van het Hoeckse. En zich daarmee rechten toe-eigenen die hen niet waren toebedeeld in het weidse van het Hoeckse.