Hoeckse donderdag
Blijft een beetje een tobbertje deze week in het Hoeckse waar eigenlijk niets genoeg daadkracht bijeen krijgt om ons uit de stoel te krijgen. Maar omdat de werkweek nog twee dagen heeft voor de gelukkigen onder ons laten we ons toch weer in beweging brengen. En eenmaal buiten in het weidse van het Hoeckse blijkt het toch wel mee te vallen. Dus dan toch maar op weg naar een werkdag in of net buiten het Hoeckse. Waar de dag tergend langzaam voorbij lijkt te gaan zonder dat er echt wat gebeurt. Maar dan rond de klok van drie lijkt de ring van Rotterdam dicht te slippen waardoor de forensen die weer naar het Hoeckse moeten. Hun avond maaltijd weer een keertje uit de oven kunnen halen als het een beetje meezit. En of dat in het Hoeckse haalbaar is zal de tijd ons leren voorlopig dus maar hopen op het beste. Want je moet toch naar alle waarschijnlijk meer dan een uur doorbrengen in een rijtje voor je het Hoeckse weer binnen kan rijden. En met de feestdagen op komst weet je dat het einde van het jaar nadert. Zodat niet al te lang daarna een nieuw begin te maken waarbij de vraag blijft of het nog erger kan dan het jaar ervoor. Want dat is dan toch wel het gesprek van de dag in het Hoeckse waar klagen nu eenmaal een nationale sport is. Niet dat er naast deze tak van sport geen plek meer is voor andere sporten. Alleen jammer dat de rijtjes voor het Hoeckse de rallysport doen afvallen. Het heeft namelijk weinig nut als we allemaal in een rijtje staan met een snelle auto die niet vooruit komt zonder dat de voorganger opschuift. En omdat we nu eenmaal heel praktisch ingesteld en de kans dat er een rallywagen in de file voor de Heinenoord tunnel staat erg klein.